Kroningszaal
De tweebeukige ruimte is onderverdeeld in vijf kruisgewelven die ieder worden ondersteund door vier machtige pilaren. Met een lengte van 45 m en een breedte van 18,5 m was dit vetrek na de voltooing in 1349 de grootste seculiere zaal in het Heilige Roomse Rijk.
Het is deze zaal die het Akense stadhuis zijn unieke karakter verleent en waardoor het zich van alle andere stadhuizen in het rijk kon onderscheiden. In de middeleeuwen waren het de kroningsmalen, en tegenwoordig is het de internationale Karelsprijs die de zaal haar betekenis geeft.
Drie wapens boven het podium duiden benadrukken het prestige van de zaal: in het midden de Staufische rijksadelaar, sinds 1351 het wapen van de vrije rijksstad, rechts de tweekoppige adelaar, sinds 1433 het keizerlijk wapen en links het “Karelswapen” van het Akense stift dat sinds de 15e eeuw de Franse lelie met de Duitse adelaar verenigd.